search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
29


HARLINGEN Sinds vier jaar bouwt een en- thousiast team vrijwilligers aan een replica van het schip waarmee Willem Barentsz in 1596 naar Nova Zembla voer. Inmiddels is de romp bijna klaar en deze kan volgend jaar te water worden gelaten. Sail 2020 kan rekenen op een nieuwe Nederlandse deelnemer.


DAPHNY VAN DEN ING MAAKT VAN ELK SCHIP EEN KUNSTWERK


31 Harlingen bouwt het schip van Willem Barentsz


Onder een eenvoudige overkapping verrijst aan de Nieuwe Willemskade van Harlingen de replica van een oud schip: het schip waarmee Willem Barentsz naar Nova Zembla voer. In een bouwkeet ernaast is een klein museum ingericht met informatie en een documentaire over het schip en de laatste reis van Willem Barentsz (ca.1550 – 1597). Barentsz was een zeeman, koopman en wetenschapper uit Formerum, Terschelling die drie zeereizen maakte om een noordoostelijke doorvaart naar Azië te vinden. Van de derde reis maakte Gerrit de Veer een verslag dat bewaard is gebleven. Nadat Barentsz Nova Zembla had weten te ronden, kwam het schip vast te zit- ten in het ijs. Van stammen dennenhout, die in een nabijgelegen baai werden gevonden, bouwde hij met zijn mannen Het Behouden Huys. Barentsz stierf tijdens de terugreis.


De reconstructie De reconstructie van het schip waarmee Barentsz naar Nova Zembla voer, wordt op de- zelfde manier gebouwd als het oorspronkelij- ke schip aan het eind van de zestiende eeuw. Tekeningen waren er in die tijd nog niet, sche- pen werden op het oog gebouwd. Nederland stond bekend om de enorme productie van schepen en de snelle bouwmethode die ze daarvoor hadden ontwikkeld. Door die snel- heid kon Nederland schepen dertig procent goedkoper bouwen dan andere landen. Een schip als dat van Barentsz was in drie maan- den klaar voor de tewaterlating. “Die bouwtijd klopt, we doen er nu net zolang over”, vertelt projectleider Gerald de Weerdt. “Het lijkt veel langer, want we zijn nu al vier jaar bezig, maar het aantal manuren is hetzelfde: zestiendui- zend. Zij werkten met twintig man, tien uur per dag, zes dagen per week. Wij werken met vrijwilligers op onregelmatige tijden”.


Terschelling De Weerdt was conservator van het Willem Barentszmuseum op Terschelling toen het in 1996 vierhonderd jaar geleden was dat Willem Barentsz zijn derde reis naar het noorden maakte. Het Behouden Huys werd door de bevolking van Oostereind nagebouwd en trok dat jaar dertigduizend bezoekers. “In het voorbereidend onderzoek van dat herden- kingsjaar realiseerde ik me dat niemand ooit aandacht had besteed aan de schepen waar Barentsz mee voer. Wel aan Nova Zembla, wel aan het Behouden Huys, maar over de schepen was niets bekend. Bouwtekeningen van schepen bestaan pas sinds het eind van de 17de eeuw, maar samen met Ab Hoving van het Rijksmuseum heb ik onderzoek naar dit schip gedaan en zo is er toch een beeld ontstaan. Sensationeel was het toen wij via het Rijksmuseum in contact kwamen met de Archeologische Dienst van Rusland, die een stuk scheepswrak gevonden had op Nova Zembla. Het bleek dat dit honderd procent zeker om het schip van Barentsz ging. De af- metingen van het wrakfragment bevestigden dat we met ons onderzoek goed zaten”. Voor de tentoonstelling op Terschelling bouwde De Weerdt een 1:10 schaalmodel, maar het bleef


Het aanbrengen van een van de berghouten ter versteviging van de romp. Foto Tina Reinders


kriebelen en hij wilde het schip dolgraag op ware grootte nabouwen.


Harlingen In 2010 was het zover: De Weerdt was in- middels met pensioen, er was tijd en hij had inmiddels ook ruimte gevonden. Historisch gezien klopte het niet om het schip op Terschelling te bouwen en daarom werd het Harlingen, een stad met een eeuwenoude traditie op het gebied van scheepsbouw. De gemeente Harlingen was blij met het initiatief en stelde het terrein aan de Nieuwe Wil- lemskade ter beschikking. Het was het begin van de crisis dus geld was er niet, in ieder geval niet voldoende, maar mensen waren er wel. Circa 35 vrijwilligers komen regelmatig werken op de werf. Vakmensen die tijdelijk zonder werk zitten, werken zij aan zij met studenten uit binnen- en buitenland die stage lopen. Veel hout wordt in natura gesponsord door Staatsbosbeheer en een sympathiseren- de gespecialiseerde houthandel in Harlingen.


Bouw


Vier jaar geleden begonnen de vrijwilligers op het oog de romp te bouwen. Het schip was een jacht dat speciaal voor deze ont- dekkingsreis uitgekozen was en De Weerdt wist inmiddels precies hoe het eruit zag. De unieke Nederlandse bouwmethode uit die tijd bestond eruit dat de romp op het oog werd gebouwd. Om dat goed te doen, is wel bouwervaring nodig. De Weerdt heeſt die ervaring inmiddels doordat hij betrokken was bij de bouw van onder andere de Batavia, de Kamper Kogge en de Onrust, een schip dat hij in de Verenigde Staten heeſt gebouwd. “Ik vertrouw erop dat ik genoeg ervaring heb om het op de juiste, authentieke wijze te kunnen doen en ik controleer mezelf met de construc- tietekeningen die ik gemaakt heb. Het is een heel organische manier van bouwen. Je voegt je naar de eigenschappen van het hout dat je ter beschikking hebt. Zo deden ze dat vroeger ook en daarom was ieder schip uniek”. Vijf richtspanten geven de basisvorm aan en


vervolgens wordt eerst de onderste helſt van de romp gebouwd met de huidgangen waar daarna de inhouten in worden gelegd. Mo- menteel monteren de vrijwilligers de zware berghouten om de romp stevigheid te geven. De volgende fase is het voorbereiden van het leggen van het tweede dek. Naar verwachting kan de romp volgend jaar te water worden gelaten waarna het schip afgebouwd kan worden. Hoe het schip gaat heten weet De Weerdt nog niet: “We hebben geen idee hoe het schip van Barentsz heette”, vertelt hij. “We hebben alle informatie doorgespit, tot met papieren van notarissen uit die tijd aan toe om te zien of iemand een dergelijk schip ge- kocht had, maar we hebben niets gevonden“.


Plannen Wordt het schip een museumstuk, of kunnen we het op Sail 2020 verwachten? “We gaan varen”. De Weerdt is stellig in zijn bewering dat de re- plica zeewaardig zal zijn. Ook naar de mogelijke exploitatie van het schip heeſt hij onderzoek ge- daan en uit de ervaringen met het schip de Halve Maen weet hij dat een kleiner schip beter te verhuren is dan een groot schip. De Weerdt heeſt echter meer plannen met het schip dan alleen exploitatie: “We gaan varen en uitzoeken hoe het schip zich gedraagt op zee en in een storm. We moeten natuurlijk naar St. Petersburg, waar het wrakstuk van het oorspronkelijke schip nu in een museum ligt en we willen naar Nova Zemb- la. Het kan. Willem Barentsz kon het ook”.


Gerald de Weerdt. Foto Tina Reinders


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34